Wetenschappelijk onderzoek Mindfulness voor jongeren
Hoewel de meeste onderzoeken met betrekking tot mindfulness zich richten op volwassenen, krijgt onderzoek naar de toepassing van mindfulness bij kinderen en jongeren sinds enkele jaren meer aandacht. Mindfulness bij jongeren lijkt bij te dragen aan de ontwikkeling van cognitieve vaardigheden alsook het uitvoerend functioneren (executive functioning).
Als de interventie goed uitgevoerd wordt, kan mindfulness het mentale, emotionele, sociale en fysieke gezondheid en welbevinden positief beïnvloeden, vermindert het stress, angst, reactiviteit, onaangepast gedrag en verbetert het de slaap en het zelfvertrouwen. Er is een groter vermogen om gedrag en emoties te reguleren. (Weare, 2012).
Er is toenemend empirisch bewijs alsook klinische ervaring die suggereert dat als behandelaars mindfulness oefeningen integreren, het kinderen, jongeren en hun familieleden kan helpen om beter om te gaan met een scala aan symptomen (Perry-Parrish et al., 2016).
Een recente meta-analyse van RCT’s laat positieve effecten zien van op mindfulness gebaseerde interventies (MBI’s) op cognitieve, gedragsmatige en emotionele (met name angst en depressie) uitkomstmaten (Dunning et al., 2019).
In een gerandomiseerde gecontroleerde studie werden vierhonderd leerlingen onderzocht. Leerlingen uit het voortgezet onderwijs in de klassen drie tot en met zes (leeftijd tussen de 14 en de 18 jaar) die deze mindfulnesstraining volgden, rapporteren minder aanwijzingen voor depressie, angst of stress. Deze positieve effecten waren na zes maanden nog even groot (Philip Raes et al, 2014).
Ook is er onderzoek gedaan naar de toepassing van mindfulness bij kinderen met autisme waarbij de mindfulness training positief geëvalueerd werd door zowel ouders als kinderen en er significante verbeteringen te zien waren ten aanzien van angst- en stemmingsklachten (Nanninga et al., 2012).